Ongeveer de helft van het aantal allochtone studenten dat solliciteert voor een stage heeft het gevoel te worden gediscrimineerd. Zo’n 20% van dit aantal heeft ook daadwerkelijke ervaring gehad met discriminatie tijdens het solliciteren. Dit blijkt uit de Landelijke Stage Enquête 2011 die is afgenomen onder 1700 studenten.
Over het algemeen voelen de allochtone studenten die het idee hebben gediscrimineerd te worden er niets voor zich aan te passen om de kans op discriminatie te verkleinen. Echter, ongeveer 20% van de studenten past zich wel aan, met name door zich tijdens een sollicitatieprocedure anders voor te doen of een andere naam onder de sollicitatiebrief te zetten.
Autochtone studenten maken zich minder druk om het verloop van een sollicitatieprocedure. Bijna 80% van hen denkt niet dat stagiairs worden geselecteerd of uitgesloten op grond van hun naam en/of afkomst.
Opvallend was de uitkomst van de Landelijke Stage Enquêtes 2011 met betrekking tot de doorgroeimogelijkheden van studenten. Van de allochtone studenten heeft 65% doorgroeimogelijkheden na zijn of haar stage, dit tegenover slechts 56% bij de autochtone studenten. Wel heeft bijna de helft van allochtone stagiaires het gevoel een goedkope arbeidskracht te zijn, tegenover 39% van de autochtone stagiairs.
