Mathijs Meering koos er heel bewust voor om naast zijn werk een ontwikkelprogramma op persoonlijk vlak te doorlopen. “De eerste keer dat ik iets deed aan persoonlijke ontwikkeling was op de universiteit”, vertelt hij. “Voor het vak Academic Consultancy Training deden we met zes studenten een project voor Vitens. Daarbij werden we door een coach twee maanden lang geobserveerd en begeleid. Dat was heel interessant. Toen het NWT op mijn pad kwam dacht ik: als ik van twee maanden al zoveel opsteek, wat zou er dan gebeuren in een programma van twee jaar?” Inmiddels werkt Mathijs sinds april als watertrainee bij het RIVM. We waren benieuwd naar zijn ervaringen tot nu toe.
Jij en het RIVM, is het een match?
“Jazeker. Na het afronden van de master Earth and Environment wist ik niet precies wat voor werk ik wilde doen. Bij het NWT heb ik vooral aangegeven wat voor werkomgeving en wat voor werkzaamheden bij me zouden passen. Het programmabureau is toen voor mij op zoek gegaan en daar kwam het RIVM uit. Tot nu toe bevalt dat heel goed.”
Wat doe je als trainee bij het RIVM?
Als onderzoeker waterkwaliteit ben ik vooral bezig met data. Voor het Landelijk Meetnet Grondwater (LMG) schrijf ik bijvoorbeeld een script waarmee we als RIVM grondwaterkwaliteitdata van de provincies kunnen valideren. Nu gebeurt dat nog handmatig, maar straks willen we dit proces automatisch laten verlopen. Het programma dat ik schrijf gaat na of ingevoerde data plausibel zijn ten opzichte van metingen uit eerdere jaren. Ik zit dus veel achter de computer, maar voor een project rondom de Grondwateratlas ben ik ook weleens op pad. Deze atlas is in feite een database met gegevens over de waterkwaliteit. Hiervoor zit ik aan tafel met Wageningen Universiteit, Deltares en het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb).”
Wat wil je uit het watertraineeship halen?
“Na het ontwikkeltraject van twee maanden op de universiteit merkte ik dat alles best wel snel weer wegzakte. Omdat dit een tweejarig programma is, verwacht ik dat ik veel meer kan integreren. Ik wil bijvoorbeeld heel graag groeien in mijn communicatievaardigheden. Zeker in groepen. Ik denk altijd eerst goed na voordat ik ergens op reageer, maar als ik dan iets wil zeggen is het gesprek vaak alweer verder. Dat merk ik ook in het traineeproject dat we nu met zes trainees uitvoeren voor Waternet. Ik wil dus graag leren om eerder iets te zeggen en meer voor mezelf op te komen. Iets anders is dat ik graag in mijn eentje aan de inhoud werk, maar ik verlies dan het grotere plaatje én de rest van de groep uit het oog. Genoeg ontwikkelpunten dus.”
Hoe is de sfeer in de traineegroep?
“We hebben een vaste groep en het is heel fijn om op de trainingsdagen te kunnen praten met anderen die in dezelfde fase zitten als ik. Een keer wist ik wel dat ik veel druk ervoer tijdens een project, maar toen onze trainer Marc op een trainingsdag vroeg hoe het met me ging, merkte ik dat het eigenlijk veel dieper zat dan ik door had. Doordat er zo’n veilige sfeer is voel ik de ruimte om dingen te delen die ik normaal niet zou delen. Er is echt tijd om bij dingen stil te staan, om naar elkaar te luisteren en elkaar te helpen. Hierdoor heb ik vervolgens op het werk ook duidelijk kunnen aangeven wat me precies dwars zat en waardoor ik stress ervoer. Gelukkig is de begeleiding op het werk ook goed. Ik kan altijd terecht met praktische en inhoudelijke vragen. Dat ik zelf invloed heb op mijn werksituatie voelt heel goed.”