Leestijd: 3 minuten
De dag dat mijn eettafel ineens werktafel werd
Vorig jaar ben ik met mijn vriend verhuisd naar ons appartement in Utrecht. Het pronkstuk in de woonkamer is toch wel onze zelfgemaakte houten tafel. Dit is de tafel waar we elke avond samen eten en de dag doornemen, waar we in het weekend uitgebreid aan ontbijten, waar we borrelen met vrienden en waar de onze kat Kippie languit op kan liggen als we allebei niet thuis zijn. Sinds maart is deze tafel ook ineens mijn werkplek voor vijf dagen in de week en dat brengt de nodige problemen met zich mee, en dan heb ik het niet over de kat die ineens niet meer op tafel mag liggen.
In week één heb ik maar gelijk wat aankopen gedaan om van de tafel zo’n comfortabel mogelijke werkplek te maken (een toetsenbord en laptopstandaard zijn echt geen overbodige luxe). Vol goede moed ging ik deze quarantaine tijd van start. Een paar weekjes thuis, dat overleef ik wel! Maar dat het zo anders zou zijn en dat ik echt op zoek moest naar een nieuw ritme had ik eerlijk gezegd niet verwacht. Na twee weken kon ik mijn draai nog niet echt vinden en heb ik mezelf gediagnosticeerd met wat ik het ‘ eettafel/werktafel syndroom’ noem. Om hier vanaf te komen heb ik mijn ritme op twee momenten aangepast wat voor mij nu erg goed werkt.
‘Vroeger’ fietste ik ’s ochtends naar Utrecht Centraal, stapte de trein in richting Den Haag en wandelde vervolgens nog een kwartiertje naar het hoofdkantoor van Nationale Nederlanden, de plek van mijn tweede opdracht. Mijn reistijd was ongeveer een uur waarin ik altijd luisterde naar een podcast of een hoofdstuk in een boek las. Als ik op kantoor aankwam installeerde ik mijzelf op een van de werkplekken en haalde ik een kop thee voor ik begon met het openen van mijn mail en to do list voor die dag. Op dit moment heb ik helemaal geen reistijd, behalve de stappen die ik zet van de slaapkamer, naar de badkamer, naar de tafel. En daar begon mijn syndroom op te spelen.
Zodra ik aan de eettafel ging zitten om te ontbijten installeerde ik ook gelijk m’n laptop en onder het mom van ‘nu ik hier toch al zit’ opende ik ook gelijk m’n mail. *Poef* weg rustig ochtendmomentje voor jezelf. Waar ik eerst 60 minuten extra de tijd had om de dag te starten gebruikte ik nu nog maar het minimale en begon zelfs al tijdens het ontbijt met werken. Mijn fijne eettafel was nu ineens tegelijkertijd ook mijn werktafel en dat zorgde ervoor dat ik de dag al niet lekker begon. Rustig de dag beginnen is iets waar ik behoefte aan heb en waar ik ook nu aandacht aan mag (en moet!) geven. Om deze ‘me-time’ weer in mijn ritme te krijgen begin ik de dag nu aan de eettafel met een ontbijt zonder laptop, maak ik een wandeling van 15 minuutjes en ga ik daarna pas aan de werktafel zitten met een kop thee, mijn mails en de to do list.
Het syndroom speelde ook op wanneer mijn werkdag erop zat. Op kantoor sloot ik m’n laptop af, liep ik naar Den Haag centraal, pakte ik de trein richting Utrecht en fietste tot slot op m’n gemakje terug naar huis. Ook hier weer 60 minuten alleen voor mij waarin ik de dag kon afsluiten en m’n hoofd leeg kon maken. Nu ik thuis zit klap ik m’n laptop dicht, schuif alles aan de kant en daarna functioneert mijn werktafel gelijk weer als eettafel. Na twee weken merkte ik al, daar word ik geen vrolijker persoon van! Ik zat met m’n gedachten nog midden in alles wat ik die dag had gedaan. Sterker nog, het voelde bijna alsof ik nog gewoon aan het werk was, want ik zat immers nog steeds op dezelfde plek. Ook nu merkte ik dat ik er behoefte aan heb om, naast de werkdag rustig te beginnen, mijn werkdag ook rustig af te sluiten en zo fijn de avond in te kunnen gaan. Daarom heb ik met mezelf afgesproken dat ik nu, wanneer ik klaar ben met werken, even iets voor mezelf doe op een andere plek. Dat kan variëren van even een momentje genieten van de zon op ons terras, een hoofdstuk lezen in m’n boek, een rondje wandelen of de ingesproken meditatie van Talentmanager Els beluisteren. Op deze manier kan ik de dag echt afsluiten en transformeert de werktafel weer heel natuurlijk naar eettafel.
Door deze momenten te pakken kan ik in en uit het werk ‘stappen’. Voor mij is dit de perfecte manier om de balans tussen thuis-aan-het-werk zijn en thuis-thuis zijn te behouden. En om mezelf hier elke dag weer aan te herinneren heb ik de zogenoemde Thuiswerk (T/R)egels getekend zodat ik me wel aan mijn zelfgemaakte afspraken houd. Want voorlopig blijft mijn fijne tafel zowel de eet/borrel plek als de werkplek!